zondag 27 december 2015

Het was niet mijn jaar


2015

 

Het was niet mijn jaar. Ik kijk de laatste tijd geregeld terug en kom niet verder dan: ‘wat een kutjaar’ en ‘wat een ongelooflijk tyfus kutjaar’ en soms zelfs: ‘het was een ongelooflijk traumatisch tyfus kutjaar!’  En als ik mensen spreek, die ik niet zo goed ken, dan hou ik het bij: ‘het was niet mijn jaar’.

 

Je hebt immers niet elk jaar een crisisdienst aan je bed staan die zegt dat het niet (goed) gaat. Of een psychiater aan de deur om je op te nemen met een IBS.

Je wordt niet elk jaar drie keer opgenomen in een psychiatrische instelling. Je ziet niet elk jaar enorme aantallen hulpverleners (psychologen, psychiaters, SPV’ers en méér) die er voor jóu zijn.  Het woord depressie alléén al was compleet onbekend voor me. Een depressie deed me denken aan slecht weer en, in de andere variant,  aan iemand die zich aanstelde. Dat laatste heb ik ook nogal gedaan.

Ik heb me niet aangesteld met de depressie, die had ik wel, zo achteraf bezien. En een beste ook (in GGZ-termen: een ernstige depressie en niet ‘een beste’, even voor de duidelijkheid). Ik heb me aangesteld met het ontkennen van de depressie, want dat was, in mijn ogen, iets voor de zwakkeren onder ons. Ik bleef er bij dat ik het zelf kon doen. Dat ik er zelf wel uit zo komen.  En tegelijkertijd zag ik dat het niet meer ging.

Ik googelde en googelde. Ik googelde  op ‘overspannen’, op ‘burn-out’, op ‘aanpassingsstoornis met depressieve kenmerken’, op ‘depressie’ en –bijna ten einde raad- googelde ik soms op: ‘wat heb ik?’ en:‘wat moet ik?’ en  –ten einde raad- op ‘voor de trein springen, hoe doe je dat?’

 

Het was niet mijn jaar.

 

Maar nu, aan het einde van het jaar, geloof ik er weer een beetje in. Ik ben er weer. Ik doe soms leuke dingen. Ik zing weer, soms.  Nog steeds vals overigens. Ik wandel niet als een debiel, maar loop rustig over straat. Ik zit meer in mijn lijf. Niet in mijn hoofd.  

Een opname van twee maanden in de heuvels van Limburg hebben me blijkbaar goed gedaan. Hoewel ik het pand in complete paniek verliet, want: gaat het thuis dan weer slecht? Kruip ik mijn bed weer in? Negeer ik alle appjes weer? Maar tot nu toe: niks van dat al. Het gaat gewoon goed.

Eng hoor!

zaterdag 17 oktober 2015

afwezig

Om mijn blog te kunnen blijven vullen, heb ik besloten een tijdje eruit te gaan in de vorm van nóg een opname. En als ik er dan toch ben, hoop ik dat ik daar van deze depressie af kom. Er zal toch íets moeten gaan werken om mij weer vrolijk te krijgen? Na die tijd zal ik weer genoeg stof hebben om over te schrijven. Hoop ik. Hersteld en wel. Grotendeels hersteld dan.

zondag 11 oktober 2015

niet altijd leuk

Het was niet altijd leuk tijdens mijn depressie. Vandaag was het er weer. Na enkele dagen weer redelijk te hebben gefunctioneerd, was er vandaag weer dat grauwe, dat zwarte, dat uitzichtloze. De dag zonovergoten, de stemming bedrukt en bewolkt.

dinsdag 6 oktober 2015

Schommelingen

Dáááágen geen stukje.
Dan vier op één dag.

'Schommelingen' zijn dat. Las ik.
Schommelingen in mijn depressie.
je heb de dagschommeling. Die vaak bestaat uit 's ochtends een meer sombere stemming en 's avonds klaart de stemming wat op.
je hebt blijkbaar ook weekschommelingen... die heb ik momenteel.
Op slechte dagen lukt niks. Geen stukjes.
Op betere dagen lukt een beetje. Wel stukjes.
Dus.

zondag 4 oktober 2015

Wie is er nu gek?

Ik had een goed gesprek met De Man en de dag erna één met één van de Hulpverleners. We bespraken de mogelijkheden van een nieuwe opname i.v.m. de blijvende druk die ik ervaar en de druk die ik mijn naasten (noemde ze vandaag per ongeluk mijn nabestaanden, ik geef dan altijd de schuld aan De Depressie) opleg door hier aanwezig te zijn in niet al te vrolijke doen.


Opgelucht voelend door dit al, begaf ik me weer eens in een winkel, de Kruidvat om precies te zijn. In de winkel bevonden zich een moeder en dochter, óf een oma en kleindochter, of buurvrouwen, kan ook, ik weet het niet. Ze praatten niet, ze schreeuwden. Ze luisterden niet naar elkaars antwoorden. De oudere vrouw vond een 'Dove geschenkset' een prachtig cadeau voor iemand en werd bijna gek van de mooiigheid van de set doucheschuim met douchepuff, zoals ze al jáááren bij Kruidvat staan. De conversatie was absurdistisch. Ook bij de kassa. Ook bij het verlaten van het pand

En ik dacht alleen maar: Én ík moet/ wil mezelf laten opnemen?!

Op de markt zag en hoorde ik (en velen met mij) een moeder hard tegen haar kind schreeuwen. Het klonk niet lief.
Ik schreeuw ook, te veel, te onredelijk, niet op straat of in Kruidvat, wel thuis. En daarom zoek ik hulp. Zij niet. Denk ik. Vrees ik.

Het is toch een gekke wereld.

Geen goed idee

Na een paar dagen er weer 'even te zijn', en daarmee bedoel ik: niet overdag in bed liggen, niet schreeuwen tegen huisgenoten, niet alleen maar negatief denken, maar wel: boodschappen doen, wandelen, kinderen de aandacht geven die ze zó verdienen en ik al een tijd niet kan geven, nog meer wandelen en zelfs een terrasje en een kroegje en nog een terrasje, én sociale contacten te hebben gehad, zijn er wel die vervelende nachten.

(Van kinds af aan slaap ik goed. Maar dan ook écht goed. Als mijn hoofd mijn kussen raakt tot aan de wekker. Geen probleem. De laatste maanden had ik slaapmedicatie en die nam ik voor de zekerheid. Er was toch wel wat angst voor de nacht. Het idee sowieso in slaap te vallen gaf me rust.  Omdat dat toch wat verslavend werkt, ben ik ermee gestopt. Ik kreeg er wat anders voor. Maar na hartkloppingen, trillen en tot 4 uur wakker te hebben gelegen, heb ik dat tot dit moment niet meer herhaald.)

Dit schijnt er één te zijn, van die vervelende nachten. Na het nemen van een nogal grote beslissing, werd ik hyper en wilde ik het e.e.a. geordend hebben in huis. Een slaappil moest me dan maar weer rustig krijgen. Dat is 'm nu, zo'n drie uur na inname, nog niet gelukt. Ter afleiding ging ik op google zoeken met de term 'depressie goede dagen' (want hoe kan ik nu ineens drie goede dagen hebben? Ben ik beter? Is het (weer) een schijnbeweging?) en kwam daarmee op een voor mij bekende site.  deze site. Hierop staat een 'boek' van een schrijver die een depressie heeft meegemaakt en die ook mensen met depressie-ervaring heeft geïnterviewd. Hoewel ik niet alles herken (en me vreselijk stoor aan de 'ik wordt' en 'je vind' en dat -bijna- consequent door de hele tekst), werd ik wel weer geraakt (huilen dus...) door uitspraken, bevindingen, ervaringen.

Een bloemlezing (nou ja, wat losse kreten) van die site, in eigen woorden, waarbij ik het dus niet drooghield. De herkenning. Het idee dat ik niet de enige ben met van die idiote dingen. Zo gek.

'depressie is een gevolg van constante stress'

'zelfverwijdering, je afsluiten voor anderen, op idiote tijdstippen boodschappen doen, geen verjaardagen meer bezoeken, afspraken afzeggen'

'de angst dat die positieve gevoelens niet meer terugkomen'

'geen spanning meer aankunnen'

'niet in de spiegel willen en durven kijken, omdat je er slecht uitziet'

'je bed is veilig, gordijnen dicht, deur dicht'(hier huil ik standaard om. Wat háát ik dat bed inmiddels!)

'verleden-> alles verkeerd gedaan'
'heden-> het continu tekort schieten'
'toekomst-> het komt nooit meer goed'

'het niet als ziekte zien, maar als zwakte'

'schaamte, schaamte, schaamte'

'Ik ben mezelf niet, ik ben mijn depressie'

'overleven'

'proberen niet na te denken, want alles is negatief en dat roept meteen weer de somberheid op'

en dus:

Soms best goede dagen en ineens, ineens is het er weer. Diepe ellende.

En nu vrees ik dat ik die diepe ellende weer heb opgezocht. Door gewoon even te googelen op 'depressie goede dagen'.

hmmmm.



erin blijven hangen

Overal lees ik dat een depressie vanzelf kan opklaren.
Overal lees ik dat vrouwen een grotere kans hebben een depressie te krijgen.
Overal lees ik wat je als depressief mens kan doen om weer beter te worden.

Ik ken alle symptomen.
Ik ken de informatie over medicatie.
Ik ken de informatie over therapie.
Ik ken de richtlijn depressie.

Wat ik moet doen, weet ik dus eigenlijk.
Wat zou moeten helpen, weet ik dus ook.
Wat ik zou moeten laten (in bed gaan liggen, piekeren) idem.
Wat en wie ik zou moeten toelaten in mijn leven. I know.

Toch best dom dan dat ik er dan nog steeds in zit.

zaterdag 26 september 2015

Was hij suicidaal dan?

Iemand vraagt me hoe mijn broertje overleden is. 
Ik zeg dat hij zichzelf van het leven heeft beroofd (toch net wat netter dan 'heeft zelfmoord gepleegd' vind ik).
Zij: was hij suïcidaal dan?
Ik: blijkbaar.

Stilte

vooruitgang

Op een gegeven moment weten mensen om me heen te melden dat er vooruitgang te zien is bij mij. Ik doe weer meer en lijk beter in mijn vel te zitten. Het idee dat het beter gaat, heb ik absoluut niet.

Aan de andere kant: een paar weken ervoor wilden 'ze' me met een IBS opnemen. En nu is de vraag of ik mezelf vrijwillig wil laten opnemen.

Dat is eigenlijk best een flinke vooruitgang.

Nog meer psychisch leed

Als je dan zo midden in een depressie zit, dan gaat er wel eens wat langs je heen. Gelukkig had ik een man in hetzelfde huis rondlopen die geen depressie had en dus het één en ander overnam. Fijn.

In ieder geval: de school van één van de kinderen vond dat onze dochter nog een keer onderzocht moest worden. Juf vermoedde ADHD. Wij niet. En ik gun mijn kind echt wel haar stoornissen, maar ernstige dyslexie met grote geheugenproblematiek vonden wij eigenlijk wel voldoende. Maar vooruit, zij ging getest worden. ADD kwam eruit. Ik las de rijen symptomen die passen bij ADD en dacht: hé dat heeft mijn ándere kind. Dus op de vraag: herkennen jullie je kind erin, konden we eerlijk 'nee' zeggen. Maar goed: psycho-educatie voor dochter en ons en school ging er rekening mee houden. Onze dochter ging daar mooi mee aan de haal, want toen er werd gezegd dat ze af en toe een rondje om de school mocht rennen als ze zich niet kon concentreren, dan wist ik de uitkomst al. En inderdaad. Er werd elke dag een rondje om de school gerend.

We starten met medicatie. Ze heeft uitleg gehad en blijkbaar is er gezegd dat je minder trek kan hebben in eten. Maar je kan ook een 'hongerklop' krijgen.
Ik vraag me af hoeveel dagen ik moet wachten tot ze ze allebei heeft gehad.

De dag erna komt ze uit school. De broodbak helemaal nog gevuld. 'Ik had echt geen trek mama, dat kan door de medicatie komen'. Tik. die hebben we gehad. Ook de hongerklop liet niet lang op zich wachten. Twee uur later staat ze bij de snoepla: 'Mam, ik heb ineens zó trek, ik denk dat ik een hongerklop heb.
Mooi. Die hebben we óók gehad. Binnen 24 uur.

dinsdag 22 september 2015

Mensen die nog steeds niet weten wat ze moeten zeggen bij het horen van 'depressie'


Als iemand overlijdt, is het soms moeilijk om iets gepasts tegen nabestaanden te zeggen. Door lijstjes in de Viva en Margriet, weet je inmiddels de do's en don'ts, net zoals je weet dat bij het uitgaan van een relatie je niet tegen de treurende zegt: geen hand vol, maar een...'

Sire heeft ooit voor psychiatrische stoornissen een campagne opgezet, Hoe reageer je op mensen met psychische klachten?

De volgende mensen hadden de campagne niet meegekregen.  

Dit zijn wat reacties die ik kreeg toen ik meldde een depressie te hebben.



‘Wat grappig, je ziet dat helemaal niet aan jou!’


‘Gelukkig komt het mooie weer er weer aan!’


‘Je neemt dus geen vierde kind?’


‘We gaan binnenkort ons gewoon helemaal 
lamzuipen in de stad!’


'En ik maar denken dat ik mensenkennis had, ik had jou wel wat stabieler ingeschat!'


'Een goed glas wijn, of een paar, haha, en lekkere kaas doen vast wonderen!'


‘Oh, ik ken ook iemand met een depressie, maar die heeft een echte! Maar die pleegt denk ik binnenkort wel zelfmoord hoor…’


‘Jij??? Een depressie? Hahahahahahaha’.


Tsja....

maandag 21 september 2015

sporten is goed




Na een paar weken intensief gesport te hebben, val ik niet enorm in kilo’s af. Wel zie ik dat jurkjes me mooier zitten en broeken makkelijker aan gaan. In de hoop dat anderen dat ook zien, zeg ik tegen de begeleider van de sportactiviteit: ik sport nu weken en ben nog steeds moddervet!

In de hoop dat hij zegt dat ik hé-le-maal niet dik ben, wacht ik af.

Hij: dat komt door de medicatie.

Lul


Van huisarts naar opname, van paracetamol naar lithium

Als iemand me een jaar geleden had gezegd dat mijn man alleen met de kinderen op vakantie zou gaan, omdat ik in een psychiatrisch ziekenhuis zat voor het instellen van medicatie voor mijn depressie, dan had ik hem/ haar waarschijnlijk niet geloofd.

Als iemand mij een jaar geleden had verteld dat ik momenteel meer soorten en hoeveelheden medicatie in huis heb dan dat ik in mijn leven bij elkaar heb gehad, had ik dat niet geloofd.

Het kan raar lopen.

Van huisarts naar opname.
Van paracetamol naar lithium.

donderdag 17 september 2015

Had je maar een gebroken arm he?

Om mij heen was praktisch iedereen onbekend met de aandoening 'depressie'. Ik was er ook één van. Ik kwam niet verder dan dat je wat somber bent, en vooral: een aansteller.


In de wereld van de psychiatrie vindt men het -gelukkig-  de normaalste zaak van de wereld dat iemand een depressie heeft. Want, zo wordt telkens gezegd: 'het kan iedereen overkomen, hoor,  zelfs mij!'

En bij álles wat je doet, zegt of laat, wordt gezegd dat dat bij je depressie hoort. Of dat het hoort bij het herstel van een depressie. Zo is mij nog steeds niet duidelijk waar mijn depressie begon en waar mijn herstel begon. En waar die twee in vredesnaam eindigen of geëindigd zijn.

Als ik dan zei dat het voor hen misschien normaal is dat ík een depressie heb, maar dat het voor mij en mijn naasten wel iets levensgroots was en dat ik zag hoe moeilijk sommige familie/vrienden/kennissen/buren het hebben met dit gegeven, kreeg ik steevast de reactie: Had je maar een gebroken arm he? Of been. Of longontsteking. Dan konden ze het aan je zien.

Uiteindelijk heb ik besloten me niet meer te storen aan deze opmerkingen. Want het is gewoon zo. Naar een lichamelijke kwaal vragen is makkelijk. Het is niet lastig of vervelend om aan iemand te vragen hoe lang het gips nog moet zitten. Aan iemand  vragen of hij/zij het leven nog ziet zitten is toch net van een wat andere orde.

Ikzelf ben zelf volgens mij beter in interesse tonen bij de lichamelijke klachten. Denk ik.
Maar word wel steeds beter in reageren op psychische klachten. Hoop ik.


woensdag 16 september 2015

Van POP naar signaleringsplan

Toen ik de lerarenopleiding volgde, moest ik veel lesplannen maken. Héél veel lesplannen. Ook moest ik voortdurend aan mijn POP werken. Vreselijk vond ik het. En kinderachtig.

In de wereld van de GGZ hebben ze ook zoiets: het signaleringsplan. Ik moest -serieus-  gaan invullen wanneer ik  'in groen, geel, oranje of rood zit'. Welk gedrag ik laat zien in welke kleur. 

Er werd me verteld dat een eerste depressie een voorbode kan zijn voor een volgende. (Niet een heel geruststellende gedachte trouwens. Ik vind ééntje wel genoeg. Mijn gezin ook denk ik.). Maar als ik een signaleringsplan heb, kan ik voorkomen dat het gaat gebeuren. Dat is het idee.

Maar goed. Na maanden van principieel weigeren, moest ik er nu aan geloven.
Groen en rood zijn ingevuld.

Groen: het gaat goed.
Rood: ik wil dood.

Nu nog iets zien te vinden voor geel en oranje.