vrijdag 24 september 2021

Borstvoeding? Natuurlijk (niet)!

20 was ik, toen ik ontdekte dat ik zwanger was. We waren anderhalf jaar bij elkaar, hevig verliefd en ons leven bestond uit wat school (ik inmiddels begonnen aan journalistiek, hij net klaar met een sociale opleiding en werkzoekende), veel uitgaan, wat bijbaantjes. We waren in shock. Hoe had dit kunnen gebeuren? Achteraf denk ik dat het iets te maken had met het hebben van seks en het wat roekeloos gebruik van anticonceptie. Of zoiets.


Zwanger, niet samenwonend, geen geld, maar we wilden ervoor gaan. Ik stopte mijn sigarettengeld, toch zo’n 6 gulden per dag, in een pot. Ik stopte dus met roken, maar ook met tequilla’s en wijn, filet Americain, met mijn nachtbaantje en met mijn studie.


We trouwden, vonden een woning samen en bezochten de verloskundige. Aldaar ‘koos’ ik voor een thuisbevalling en ik werd aangemoedigd borstvoeding te gaan geven. Er werd me zelfs een borstvoedingscursus aangeraden! Als ik me dan toch volledig op het moederschap zou storten, dan -hoppa- met cursus en al.


Een aantal weken bezocht ik op een maandagavond de cursus in een kleine ruimte met wat andere moeders. De cursusleidster gaf de cursus met één borst hangend uit haar voedings-bh, want haar kind, dat daar rondliep, moest gewoon een slokje kunnen nemen als het daar zin in had. Oké dat zou ik niet willen, maar ik was wel overtuigd: borstvoeding zou het gaan worden! Iedereen kon het! Het was natuurlijk! Handig! Goedkoop! De voordelen waren eindeloos. En de nadelen (kloven en spruw) waren gewoon oplosbaar. Makkie.


De thuisbevalling verliep volgens het boekje. 12 uur lang met weeën, pijn, uitputting en hechtingen. En een dochter, dat ook nog. Ze zal vast ergens een keer ‘aangelegd’ zijn die avond, maar die nacht sliepen we alledrie, we waren blijkbaar moe. De dag erna begon de strijd. Zitten, liggen of lopen lukten nauwelijks i.v.m. de wat ongelukkig geplaatste hechtingen. De borstvoeding gaf me alles behalve het beloofde ‘gelukzalige roesje’. Wel veel pijn, verhoging (stuwing, ‘hoort erbij hoor’), een gillende baby met creme in haar mond (spruw), nog meer huilen omdat ze blijkbaar te weinig binnen kreeg. Een bezoek van de  lactatiedeskundige bood geen verlichting. Crèmes en pillen ook niet. Wat wél verlichting gaf, was de box Nutrilon die mijn man op zaterdagmiddag 16.45 uur (in 2001 waren de winkels dicht op zondag) haalde. Dochter dronk een fles leeg en sliep uren achter elkaar. Dit was na een maand of twee vol met ellende en pijn. Vanaf dat moment gaf ik borstvoeding en als het enigszins niet lukte, gaven we er een fles bij, wat gaf dat een rust Na een maand of negen stopte ik helemaal met de borstvoeding denk ik.


Zwanger van kind 2: of ik borstvoeding wilde gaan geven: ja, ik wilde het wel weer proberen, maar, met als kanttekening dat wanneer het niet zou lukken, ik meteen zou overstappen op de fles. Maar dit keer ging het geweldig! Het voelde goed, ik liep niet te klooien met flesjes (maar wel met kolven op mijn stageplek…), was trots op mijn lijf (hoewel ik natuurlijk als enige niet afviel van de borstvoeding) en had het idee dat ik mijn kind de beste start mogelijk gaf. Ons lichaam maakt niet voor niets melk, toch? Ik zat helemaal ‘into’ de borstvoeding.


Tot ze als tweejarige naar me toe liep en vroeg om de borst. Toen was het klaar. 


Ik dacht aan het bovenstaande na het lezen van een stuk over het wel/ niet geven van Hester Zitvast. Zij is zwanger en gaat geen borstvoeding geven. Ze neemt het op voor de vrouwen die bewust voor de fles kiezen. Omdat ze bijvoorbeeld geen zin hebben in zeer pijnlijke tepels, omdat anderen dan ook makkelijk een flesje kunnen geven, omdat ze weer wijn willen drinken. Net als het geven van borstvoeding heeft het geven van kunstvoeding namelijk ook veel voordelen. En weet je wast het mooie is? Je mag het als vrouw zelf weten! We hoeven dan ook niks naars tegen elkaar te zeggen. Ik vond het niet leuk als iemand me vroeg of ik ‘me geen koe voelde met al die melk’. Ik heb zelf nooit iemand op zijn of haar keuze aangesproken. Iets met leven en laten leven. Als borstvoedingsfan, want eerlijk: dat ben ik, denk ik dat Hester en veel andere vrouwen hun keuze net zo zorgvuldig hebben gemaakt als borstvoedinggevers. Je hoeft geen van beide meer op andere gedachten te brengen. Ze hebben de keuze al gemaakt, zelf. 


Dus doet wat jij wil. Geef de fles. Geef de borst. Of geef allebei. Het maakt niet uit. Jouw keuze.


Maar als ik dan nu tóch gelezen word, wil ik als pro-borstvoedinggeefster tóch even één advies geven aan alle borstvoeders, borstkasvoeders, flessengevers: geniet van je baby(’s), geniet van het geven van al die voedingen in jouw armen.


Want voor je het weet studeert de ene in Leiden en drinkt het enkel nog wijn en cola en woont de andere vooral op haar eigen kamer tussen de flessen sinas en de pakken ijsthee.


Of je nu borst- of flesvoeding gaf.



vrijdag 17 september 2021

'Hierna kan ze dus naar het HBO'

Soms gebeurt het, nee, niet soms, best vaak gebeurt het, of is het gebeurd: ik vertel wat mijn dochter deed of doet (eerst VMBO-kader en momenteel een MBO3-opleiding) en dan krijg of kreeg ik als reactie: dus ze kan hierna nog mavo/havo/ HBO doen, dan is het ook goed, toch?


Nooit, maar dan ook nooit heb ik gezegd: ‘Ja, dat kan zeker.’ Want ik denk dat mijn dochter dat helemaal niet gaat doen namelijk. Ze heeft sinds haar vierde een hekel aan school. Ze haatte huiswerk en het was een aaneenschakeling van frustratie, onderzoeken (natuurlijk ADHD en dyslexie), schoolwisseling, geheugentrainingen, extra lessen op gebied van taal en rekenen, buffelen met opa voor wiskunde en zwoegen op Engels met oma. Gelukkig had ze naast dít een ontzettend rijk, vrolijk en groot sociaal leven. Ze ging daarvoor ook naar school. Moet er niet aan denken dat dat ook nog eens niet zou lopen. 


Maar daar waar niemand wat raars zei over de schoolloopbaan van mijn oudste dochter (havo/ VWO), kreeg ik hier dus opmerkingen over het niveau. Terwijl wij al dolgelukkig waren dat ze fijne vrienden en een leuke school had, en ook zagen dat ze haar VMBO-diploma gewoon zou gaan halen, dachten anderen er anders over. 


‘Ach, ja, we hebben ook mensen nodig die met de handen werken he? Met de voeten in de klei staan. Mensen die ons brood bakken.’ Mijn reactie werd steeds scherper en uiteindelijk zei ik: ‘Ze kan ook niks met haar handen hoor, ze is helemaal niet handig.’ De stilte die dan volgde vond ik heerlijk. Want wat zeg je tegen een moeder die net vertelt dat haar kind VMBO doet én zegt dat haar kind niet goed met haar handen is? Weinig, weet ik inmiddels. Want dan is het wel écht slecht met je gesteld als moeder van zo’n kind!


Het idee dat je ‘met je handen werkt’ als je geen havo of VWO hebt gedaan vind ik zo gek. De administratie? Handhaving? Werken in het toerisme? Het zijn volgens mij beroepen die je prima op MBO-niveau kan uitvoeren en waarvoor je geen geweldige timmerman of kok hoeft te zijn.


Ik word vaak gerustgesteld met de reden dat er veel vraag is naar mensen die hun handen wel willen gebruiken. Als ze zien dat dat me weinig interesseert, komt de opmerking dat hun achterneef óók VMBO heeft gedaan, maar nu een miljoenenbedrijf heeft, dus dat alles nog goed kan komen. Natuurlijk zijn rolmodellen voor kinderen die zich minderwaardig voelen goed, maar ze hoeven toch niet te denken dat iedereen maar miljonair kan worden? En ik weet wel een beetje hoe de wereld werkt, bij mij hoef je daar niet mee aan te komen. Aardig bedoeld of niet. Het zijn overigens altijd HBO’ers of WO’ers, he? Die met het voorbeeld komen van hun enige familielid met VMBO, maar dat is dan natuurlijk wel een succesverhaal. Nooit, maar dan ook nooit zegt zo iemand dat ze een tante met MBO heeft en dat die nu in een verzorgingshuis werkt.


Laatst werd ik aangesproken door een kennis. Ze was aangehouden door ‘een domme handhaver met zo’n domme MBO-opleiding.’ Dit was in de tijd van de avondklok. Ze kreeg een flinke bekeuring voor het overtreden van de avondklok en dan ook nog één voor het niet bij zich dragen van haar legitimatiebewijs. Nadat ze voor de zoveelste keer ‘dom’ en ‘MBO’ in een zin had gebruikt, zei ik vriendelijk, zo laf ben ik ook wel weer, dat het voor haar misschien wel handig was om te weten dat mijn dochter momenteel de opleiding tot handhaver volgde. Op het MBO. Ze ging gewoon door. De domme handhaver had haar geboortemaand (10) genoteerd en gezegd dat ze dus van november was. En het begon weer: zo’n domme MBO’er kende de maanden niet eens!


Ik liet haar uitrazen en ging naar huis. Naar mijn dochter, die de opleiding tot handhaver volgt. En soms de maanden ook verwisselt. Maar ze kan wél klokkijken en ze draagt ook gewoon haar identiteitskaart altijd bij zich. Want als je dat niet kan en doet ten tijde van de avondklok, dán ben je pas dom.