dinsdag 5 november 2019

Waarom een bundel (deel 3)

Ik besloot dus tot een tweede bundel. Ergens uit frustratie (nog niet toe aan vast werk, geen hulp, ik moet toch íets?!), maar natuurlijk zat er ook een positieve kant aan, want anders was ik er helemaal niet aan begonnen

Ik heb best wat (veel eigenlijk wel, maar ik merk dat ik bij elke positieve noot wel ergens als arrogant bestempeld word) reacties gehad op mijn vorige bundel. Een bundel waarop ik niet trots ben. Rijmelarij, te cynisch soms, te sarcastisch ook. En toch ben ik wel een beetje trots. Door de reacties. Niet omdat het ‘zo goed geschreven is’, maar omdat het mensen heeft geholpen psychische problematiek bespreekbaar te maken. Mensen namen gedichten mee naar behandelaren, naar familie. Mensen herkenden zichzelf. Mensen lachten. Mensen huilden. En ik kreeg wel eens de vraag (vaak, maar vast óók weer ‘not done’ te zeggen…) of er een tweede bundel kwam. 

En die tweede en laatste bundel (in deze lijn) komt er dus. Dat wat ik bereikte met de eerste (Het was niet alleen maar leuk tijdens mijn depressie), was best veel. Ik had mensen geholpen met het geschreven werk. Ik had mensen laten lachen. Doe ik tóch nog iets voor de maatschappij. Zou ik dat nog eens kunnen doen? Zou ik psychische problematiek nog meer bespreekbaar kunnen maken? Nou, eigenlijk wel meer: seksueel trauma, ouderverstoting, uit je huis gehaald worden door politie en afgevoerd worden door een ambulance, vermist zijn met burgernetmeldingen... Het zijn geen alledaagse onderwerpen en het zijn geen onderwerpen om mee te koop te lopen. Maar ik bespreek ze wel. 

Onderwerpen die je eigenlijk voor jezelf houdt. Maar aangezien mijn hele buurt de politie toen wel heeft gezien en het óók de wereld in zou kunnen smijten, doe ik het maar, veilig in een eigen bundel. En misschien durft iemand anders ook wel te spreken over een (seksueel) trauma n.a.v. het gedicht. Het is overigens niet de bedoeling dat mensen nu mij na gaan doen met vermist raken (geen aanrader). 

Het woord ‘taboe’ wil ik eigenlijk niet gebruiken, want: iedereen gebruikt het al. Voor wélk mogelijk onderwerp dan ook. Want dat genereert aandacht. Toch, noem ik het wél. Er rust een taboe op het bij de ggz in behandeling te zijn. Heel vaak is dat taboe er ook niet trouwens. Ik vraag me soms af of er op Twitter geen taboe ligt op het feit dat je ‘gewoon gelukkig’ bent. De zin: ‘Op Instagram en Facebook lijkt alles mooi, maar dat is het niet hoor!’ wordt vaker gebruikt dan welke zin dan ook. Ik maak me er zelf ook schuldig aan… Natuurlijk moet er aandacht zijn voor die kant en dat doe ik dan ook wel. Maar vooral voor díe mensen die ermee te maken hebben in hun echte leven. De vrienden die niet meer langs komen i.v.m. je depressie. Het begrip dat er online lijkt, mis ik zelf nog wel eens in mijn ‘echte leven’. 

En daarom schreef en bundelde ik maar weer. Een inkijkje in de ggz. Ook 38-jarige moeders komen op zwaarbewaakte afdelingen terecht. Het kan jóu óók overkomen…
Je bent niet de enige die dood wilde. Je bent niet de enige die Veilig Thuis op de stoep had staan (of gebeurde dit alleen bij mij? Nee toch?). Ik bespreek het. Op mijn eigen wijze wederom.

Vrees niet dat deze bundel ineens enkel loodzwaar is. Ik laat jullie ook weer gewoon lachen hoor, tenminste, dat is de bedoeling, want het leven is een feestje, maar je moet… (jullie weten waar ik naar verwijs, hè?) Daarnaast schrijf ik ook over goede zorg, over naasten, over yoga. Over de bizarre gesprekken die ik voerde met mensen. 

Ach. Ik schreef een tweede bundel en ik heb voor mezelf weer enigszins helder waarom. 

Rest mij niks anders te zeggen: Koop dat ding gewoon. Goed voor mijn eigenwaarde, goed om moeilijke zaken bespreekbaar te maken. Om de woorden te vinden die jezelf niet vond. Om te lachen om mijn net iets te grove, zieke gedachtes over bijvoorbeeld de lief-en-leedpot van de basisschool. 

En voor als je op een wachtlijst staat, voor in de tussentijd: Veel succes met je PTSS! (of met welke andere psychische aandoening dan ook!)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten