donderdag 17 september 2015

Had je maar een gebroken arm he?

Om mij heen was praktisch iedereen onbekend met de aandoening 'depressie'. Ik was er ook één van. Ik kwam niet verder dan dat je wat somber bent, en vooral: een aansteller.


In de wereld van de psychiatrie vindt men het -gelukkig-  de normaalste zaak van de wereld dat iemand een depressie heeft. Want, zo wordt telkens gezegd: 'het kan iedereen overkomen, hoor,  zelfs mij!'

En bij álles wat je doet, zegt of laat, wordt gezegd dat dat bij je depressie hoort. Of dat het hoort bij het herstel van een depressie. Zo is mij nog steeds niet duidelijk waar mijn depressie begon en waar mijn herstel begon. En waar die twee in vredesnaam eindigen of geëindigd zijn.

Als ik dan zei dat het voor hen misschien normaal is dat ík een depressie heb, maar dat het voor mij en mijn naasten wel iets levensgroots was en dat ik zag hoe moeilijk sommige familie/vrienden/kennissen/buren het hebben met dit gegeven, kreeg ik steevast de reactie: Had je maar een gebroken arm he? Of been. Of longontsteking. Dan konden ze het aan je zien.

Uiteindelijk heb ik besloten me niet meer te storen aan deze opmerkingen. Want het is gewoon zo. Naar een lichamelijke kwaal vragen is makkelijk. Het is niet lastig of vervelend om aan iemand te vragen hoe lang het gips nog moet zitten. Aan iemand  vragen of hij/zij het leven nog ziet zitten is toch net van een wat andere orde.

Ikzelf ben zelf volgens mij beter in interesse tonen bij de lichamelijke klachten. Denk ik.
Maar word wel steeds beter in reageren op psychische klachten. Hoop ik.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten