zaterdag 4 juni 2016

Compassie in de GGZ

De laatste tijd lees ik het woord 'compassie' steeds vaker. Vooral in combinatie met iets of iemand uit de GGZ. Ik las het dan en nam het aan. Ik las het en ging door.

Gisteren bleef ik er ineens bij stilstaan. Compassie. Wat kan ík erover zeggen? Ik heb weinig zelfcompassie. Ik blijf -met vlagen- mezelf verwijten dat ik zo zwak was om een depressie te krijgen. Maar ik was eerder ook nooit compassievol naar anderen met 'iets psychisch'. Ik schaam me er nu zelfs voor. Wat oordeelde ik hard. Mijn depressie is tenminste érgens goed voor geweest....

Daarna stond ik stil bij al die mensen van afgelopen jaar: de huisarts, psychologen, SPV'ers, psychiaters, sociotherapeuten, en de begeleiders van therapieën. Ik legde ze langs míjn compassie-meetlat. Het resultaat viel me niet eens tegen.

Natuurlijk vond ik hulpverleners niet compassievol als ze slecht luisterden. Zo zei ik een arts dat ik geen slaapmedicatie hoefde en hij het gesprek eindigde met 'nou ja, dan krijg je nog voor een paar dagen slaapmedicatie en daarna niet meer!'
Of de psycholoog die bij álles zei: 'oja, dat begrijp ik'  maar die er vervolgens mij niks van begreep en mij vervolgens alleen als tip meegaf dat ik een dagstructuur moest hebben...
in dit lijstje óók de hulpverlener die gewoon keihard zuchtte als ik iets -in zijn ogen- doms zei. En de psycholoog die op mijn 'het gaat wel weer goed' zei: nou, je hebt twee opnames achter de rug, dan gaat het écht niet goed met je! De verpleegster, die ik vertelde er doorheen te zitten i.v.m. de grote leerproblemen van mijn dochter, de zwakbegaafdheid van een andere dochter en over mijn andere grote zorgen en die op haar beurt zei dat dát het leven was en dat zij een kapotte radiator had én geen internet van KPN én een boete had gekregen voor het rijden over een doorgetrokken streep.

Maar wat ik ook zag en gelukkig véél meer zag: psychologen die luisterden. Die me nog steeds serieus namen, ondanks dat ik opgenomen was.  Die een samenvatting gaven van wat ik had gezegd en dat die samenvatting klópte... psychologen die vroegen of ik wilde wandelen. Of fruit wilde. Of chocola. Verpleegkundigen die me zeiden een opleiding in de GGZ te gaan doen. En dat meenden. Een SPV'er die in de buurt was en 'dus wel even langs kon komen om te kijken hoe het was'. De warme, bemoedigende woorden van velen, het geduld dat sommigen maar bleven opbrengen met mij. De psychiater die niet alleen naar de pillen keek, maar óók naar mij. De huisarts die het oprecht fijn leek te vinden dat ik mijn jaar kwam bespreken.

Terugkijkend heb ik veel passie gezien. Passie om te helpen. Mij en vele anderen. Terugkijkend heb ik veel compassie gezien. Compassie met mij en met vele anderen. Ik merkte weinig van bureaucratie. Ik voelde me gezien. Het ging om mij, als patiënt. Daar werd hard voor gewerkt. Ik ben gesteund, geholpen en verzorgd. ik ben gehoord, gezien en geaccepteerd. Dat wat ik niet kon, compassie met mezelf hebben, leerden ze mij.

Er zijn veel hulpverleners met (com)passie. En voor diegene die dat wat minder hebben, wees gerust: er wordt hard aan gewerkt om het in de hele GGZ te integreren.

Tenminste. Dat hoop ik.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten