Het besef is er. Ineens. Ik word nooit meer de oude.
Tijdens het jaar van mijn depressie wilde ik dat alles teruggedraaid kon worden. Ik wilde terug naar mijn oude ik: de zorgeloze, blije, positieve, lachende ik. Want zo was ik nu eenmaal. Vond ik.
Tijdens het jaar van mijn depressie wilde ik dat alles teruggedraaid kon worden. Ik wilde terug naar mijn oude ik: de zorgeloze, blije, positieve, lachende ik. Want zo was ik nu eenmaal. Vond ik.
Maar dat was niet díe persoon die de anderen zagen
afgelopen jaar. De hulpverleners bedoel ik dan. Familie, vrienden en bekenden
meed ik natuurlijk als ware depressieveling. De hulpverleners zagen een boze, verdrietige,
sombere, onaardige, niet open vrouw van 34. Ik was dwars, prikkelbaar en niet
voor rede vatbaar. Ik was alles wat ik juíst niet was, wat ik nóóit was. Ik was mijn
depressie.
De depressie zat in mijn hele lichaam. Van hoofd tot tenen. Van nier tot spier.
Een groot deel van de depressie lijkt verdwenen, maar ik voel de restjes nog. Restjes
depressie in mijn buik. Restjes in mijn hoofd. Soms zit er nog wat depressie in
mijn benen. Het is niet uit te leggen. En iedereen wil vooral horen dat ‘het’
over is. Misschien wil ik dat zelf vooral...
Maar er blijven restjes van afgelopen jaar in me. Vrees ik. Restjes pijn. Want de pijn van een diepe depressie vergeet je nooit meer.
Maar er blijven restjes van afgelopen jaar in me. Vrees ik. Restjes pijn. Want de pijn van een diepe depressie vergeet je nooit meer.
Het besef is er. Ineens. Ik word nooit meer de oude.
Herkenbaar.
BeantwoordenVerwijderenNiet meer de oude worden of zijn en ook niet weten wat het 'nieuwe' dan moet gaan worden.